Articles

definitie van “gestratificeerde bemonstering”

definitie: gestratificeerde bemonstering is een type bemonsteringsmethode waarbij de totale populatie in kleinere groepen of strata wordt verdeeld om het bemonsteringsproces te voltooien. De lagen worden gevormd op basis van enkele gemeenschappelijke kenmerken in de populatiegegevens. Na het verdelen van de populatie in lagen, selecteert de onderzoeker willekeurig de steekproef proportioneel.,
beschrijving: gestratificeerde bemonstering is een veelgebruikte bemonsteringstechniek die door onderzoekers wordt gebruikt bij het trekken van conclusies uit verschillende subgroepen of strata. De strata of subgroepen moeten verschillend zijn en de gegevens mogen elkaar niet overlappen. Tijdens het gebruik van gestratificeerde bemonstering, de onderzoeker moet eenvoudige kanssteekproeven gebruiken. De bevolking is onderverdeeld in verschillende subgroepen zoals leeftijd, geslacht, nationaliteit, beroepsprofiel, opleidingsniveau enz. Stratified sampling wordt gebruikt wanneer de onderzoeker de bestaande relatie tussen twee groepen wil begrijpen.,
De onderzoeker kan zelfs de kleinste subgroep in de populatie vertegenwoordigen. Er zijn twee soorten gestratificeerde steekproeven – de ene is evenredig gestratificeerde aselecte steekproeven en de andere is onevenredig gestratificeerde aselecte steekproeven. Bij de evenredige aselecte bemonstering zou elk stratum dezelfde bemonsteringsfractie hebben. Bijvoorbeeld, je hebt drie subgroepen met een populatie grootte van 150, 200, 250 proefpersonen in elke subgroep respectievelijk. Om het proportioneel te maken, gebruikt de onderzoeker één specifieke fractie of een percentage dat moet worden toegepast op zijn subgroepen van de bevolking., De steekproef voor de eerste groep zou zijn 150*0.5= 75, 200*0.5=100 en 250 * 0,5 = 125. Hier is de constante factor het proportie rantsoen voor elke populatie subset.
Het enige verschil is de bemonsteringsfractie in de disproportionele gestratificeerde bemonsteringstechniek. De onderzoeker kan verschillende fracties gebruiken voor verschillende subgroepen, afhankelijk van het type onderzoek of de conclusie die hij uit de populatie wil afleiden. Het enige nadeel daarvan is dat als de onderzoeker te veel nadruk legt op één subgroep, het resultaat scheef kan worden getrokken.